Toch opende ik rond 3 uur vanmiddag de deur van mijn huis. En nu, net na het 8 uur-journaal, zet ik voet aan wal op Canna. Nee, correctie: ik doe voor nu alleen maar mee aan een enkele uitzending, Canna zelf heb ik nog niet in het echt mogen bekijken.
Dag luisteraars! Leuk dat ik hier ook eens mijn bijdrage mag leveren. Zojuist las ik dat Edward me al had geïntroduceerd. Bedankt daarvoor, al wil ik nog wel even zeggen dat ik inmiddels al een poosje 21 ben. Gek genoeg voelt een jaar verschil voor mij nu nog als een grote stap. Misschien verlies ik dat besef vanzelf (een vriend van me deed er laatst werkelijk een halve minuut over om te bepalen of ie nou 25 of 26 was), maar voor nu is ieder jaar een nieuwe wereld.
Laat ik maar eerlijk zijn: het is voor mij niet het meest ideale moment om te debuteren op Radio Canna. Ik dobber al zo’n twee weken op volle zee. Eerst zat ik een week in een tentje tussen de Texelse duinen, en meteen daarna volgden dus vijf dagen eerdergenoemd festival. Behalve dat ik nu doodmoe ben, heb ik ook nauwelijks nog besef van het feit dat we op een ronde aarde leven die gewoon doordraait, ook al besluit je zelf om er even niet aan mee te doen. Jos Brink is overleden. Er woeden orkanen en aardbevingen, en Feyenoord speelt wedstrijden waar ik geen seconde van meekrijg. Het eiland Canna is niet meer onbewoond, maar zo voelt het wel vanavond.
Achter me zit M op mijn bed. Ze kijkt een natuurdocumentaire. Iets beters bestaat er niet om te kijken als je geen boe of bah meer kunt zeggen. Gewoon wegdromen in die wonderlijke schepping waarvan we soms nauwelijks wisten dat ie er zo uitzag. Wat ik het meest geweldige vind, is dat M, ook al is ze twee jaar ouder dan ik, onbewust nog gaat meepraten met de beelden. Ze maakt er een soort verhaaltje van, met de woeste tijger en het bange zwijn dat eerst langs meneer tijger moet om bij het water te kunnen komen. Ze leeft echt mee, met grote ogen, roept oooh en neeee, en zegt sorry als ze doorheeft dat ik kijk en zelf beseft wat ze aan het doen is.

Om daar dan maar mee te eindigen. Sommige dieren waren zo kunstig ontworpen, dat je haast niet anders kunt dan het woord “ontworpen” gebruiken. Is dan alles per toeval zo geëvolueerd? Evolutie heeft toch te maken met functie? Zo efficiënt mogelijk willen zijn? Waarom ben ik dan tijdens die presentatie spinnen tegengekomen met complete stellages op hun rug, beschilderd met de meest felle en feestelijke kleuren? Wat is de functie? Je past vooral met dat hele gevaarte je eigen deuropening niet meer in. Het ziet er vooral indrukwekkend uit, maar…
Is het niet gewoon mooi?
En is het dan niet begrijpelijk dat je heimelijk droomt over een schilder, een architect, een kunstenaar die met alle mogelijke toewijding zo’n kever heeft bedacht? Of is het alleen maar onze subjectiviteit, teruggebracht tot slechts drie dimensies, die voor het gemak maar vergeet dat er ook dieren over deze aarde kruipen die wij gewoonweg lelijk vinden? Want wie zou zoiets nou willen maken?
3 opmerkingen:
Hoi Jelmer,
Dank dank dank voor die interessante route. Je leest super! En de vraag is niet minder bescheiden ;-). Haha. Ik grijp op zulke momenten altijd terug naar mijn "Hitchikers guide to the Galaxy". Daar vind je het antwoord der antwoorden.
42 toch, Lilli?
yep yep ;-)
Een reactie posten